Kort geding Pasgeld West

Natuurlijk Delfland in kort geding Raad van State voor Pasgeld West

Natuurvereniging Natuurlijk Delfland en bewonersstichting Pasgeld Natuurlijk zijn van mening dat uitvoering van het Bestemmingsplan Pasgeld West onomkeerbare schade toebrengt natuurwaarden en bestaande woningen door wateroverlast. Om die reden is een kort geding bij de Raad van State gevraagd. Doel is om werkzaamheden die leiden tot die onomkeerbare schade te voorkomen. Rechter mevrouw Jurgens toont begrip voor de door Natuurlijk Delfland en Pasgeld Natuurlijk verdedigde belangen en vraagt hoe de andere partijen daartegen aan kijken. Ter zitting blijkt naast de gemeente ook de Aanneemcombinatie VolkerWessels/AM met een advocaat aanwezig te zijn. VolkerWessels/AM doet de verrassende mededeling dat zij geen bouwactiviteiten zullen ontwikkelen tot de uitspraak van de Raad van State over het beroep. Mits de Raad van State kan toezeggen dat de zitting over het beroep uiterlijk in eind 2024 kan plaatsvinden. De gemeente sluit zich aan bij VolkerWessels en zegt toe tot na de uitspraak over het beroep geen bouwactiviteiten te ontwikkelen of door andere aannemers te laten ontwikkelen. Na een korte schorsing is de conclusie van de rechter dat er door de toezeggingen van VolkerWessels/AM en de gemeente er geen gevaar is voor onomkeerbare schade aan de door Natuurlijk Delfland en Pasgeld Natuurlijk verdedigde belangen. Daarmee vervalt de grondslag onder de gevraagde voorlopige voorziening. De rechter bepaalt dat het verslag van de griffier van de zitting zal gelden als proces verbaal van de gedane toezeggingen en beloften. Zij voegt eraan toe dat mochten die worden gebroken dat het dan Natuurlijk Delfland en Pasgeld Natuurlijk vrijstaat om per direct een voorlopige voorziening aan te vragen. Daarmee zijn, volgende de rechter, de belangen voldoende gewaarborgd.